‘melk is goed voor elk’. Wie kent deze leus niet? Nadat we klaar zijn met melk drinken van onze eigen moeder, maken we de rest van ons leven gretig gebruik van de moedermelk van de koe … klinkt logisch, toch?
Helaas lijkt niet iedereen te snappen waarom ook de melkindustrie leed met zich meebrengt. Een koe hoort toch melk te geven? Er worden toch geen koeien gedood wanneer ze melk geven en ze zijn toch blij in het weiland aan het grazen? Helaas is dit niet zo. Ook bij de melkindustrie komt veel leed kijken op verschillende manieren. In dit artikel zal ik beschrijven welke.
Koeien worden uitgebuit
De koeien van tegenwoordig worden gefokt om gigantische hoeveelheden melk te geven. Koeien zijn voor Nederland van groot economisch belang. Nederland is goed in het maken van zuivel. Ook zijn boeren ambitieuze ondernemers. Stilstand is achteruitgang en ze willen groeien. Maar ten koste van wat? Koeien gaven vroeger ongeveer twee keer per dag melk. Nu is dat opgevoerd naar vijf keer per dag. Een koe geeft bijna twee keer zoveel melk dan ze veertig jaar geleden deden. Dit kost ze veel energie. Ze zijn mager en worden snel ziek. Ze bewegen weinig omdat ze geen energie overhebben. De koeien worden gigantisch uitgebuit en sommige boeren draaien er niet eens omheen. “Een volle koe zorgt beter voor zichzelf dan voor mij en daar heb ik hem niet voor”, zei een boer in de aflevering van Zembla. Oftewel, sommige boeren vinden het juist een goed teken als een koe zo mager is. Dan geeft ze ten minste al haar energie aan de melkproductie en niet aan de rest van haar bestaan. Als de productie van een koe daalt, moet ze weg en wordt ze vervangen door de volgende.
Koeien liggen veelal in ligboxen. Deze zijn meestal niet groot genoeg, waardoor ze verwondingen, zwellingen en andere lichamelijke problemen krijgen.
Koeien zijn vaak ziek
Wie veel dieren op elkaar neerzet, creëert kansen op infectie. Voor koeien is het helemaal niet goed als ze zo vaak binnen zitten. Koeien lopen in de stal door hun eigen mest en de vloer is nat. Dit is niet goed voor de poten. Klauwproblemen komen dus veel meer voor in stallen. Ze lopen mank en hebben pijn. Klauwproblemen zijn de grootste reden dat koeien vroegtijdig naar de slacht moeten, ondanks dat ze genoeg melk geven. Ook uierontsteking komt bij één op de drie koeien voor. Dit is altijd pijnlijk voor de koe, hoe klein de ontsteking ook is. De oorzaak hiervan ligt in de weerstand van de koe en slechte hygiëne bij het melken. Koeien die nooit naar buiten mogen hebben vaker problemen bij het kalven. Zo kan het voorkomen dat een koe na de bevalling niet uit zichzelf op kan staan.
Kalfjes worden weggehaald en soms geslacht
Na de geboorte van het kalfje mag hij even opdrogen en daarna wordt hij weggehaald bij de moeder. Tijd om melk te drinken is er niet. Dit levert stress op bij zowel de moeder als het kalfje.
Het overschot van de kalfjes wordt geslacht. Dit zijn meestal stieren, maar het kunnen ook vrouwtjes zijn. Wie meedoet aan de melkindustrie, doet dus ook mee aan de vleesindustrie.
De hoorns worden weggehaald
De hoorntjes worden bij kalven al snel weggehaald. Deze worden eraf gebrand. De koe krijgt een roesje en pijnstilling bij de behandeling, maar na de ingreep vaak niet meer. Dit, terwijl het kalfje ook na de behandeling nog dagen veel pijn kan hebben. Signalen die hiervoor gevonden zijn, zijn bewegingen van de kop, minder eetlust en een snelle hartslag en ademhaling.
Koeien komen weinig/niet buiten
Steeds minder koeien mogen naar buiten om te grazen. In de megastallen komen de koeien vaak helemaal niet buiten. Dit is te veel gedoe. Wie heeft er nu zin om elke dag 250 koeien naar buiten en weer naar binnen te jagen? Bij kleinschalige melkboeren komen de koeien wat meer buiten, maar ook dit is moeilijk te peilen. Om het keurmerk ‘weidemelk’ te krijgen is niet veel nodig. Een koe moet dan 120 dagen per jaar minimaal 6 uur per dag buiten staan. De rest van de tijd staat ze gewoon binnen. Biologische koeien moeten 205 dagen per jaar naar buiten, wat al een stuk meer is. Toch zegt een biologisch keurmerk niet alles over het dierenwelzijn. Het zegt bijvoorbeeld niks over het afbranden van de hoorntjes en al helemaal niet over het weghalen van de kalfjes bij de moeder. Dit leed blijft dus, ook al heeft de melk een biologisch keurmerk. De controles op deze keurmerken zijn trouwens vaak aangekondigd, dus wie weet wat er de rest van de dagen gebeurt.
Zoals in het stuk hierboven stond, worden dieren snel ziek in deze grote stallen. Buiten zijn is veel beter. Het verse gras is goed voor de koe en voor de poten. Een koe die vaker buiten is, wordt minder snel ziek.
De vruchtbaarheid wordt uitgebuit
Om melk te kunnen geven, moet een koe elk jaar een kalfje krijgen. Dit gebeurt meestal door middel van inseminatie. Wordt een koe na een paar jaar minder vruchtbaar? Dan gaat ze naar de slacht. Uit onderzoek blijkt trouwens dat die problemen in de vruchtbaarheid komen door het productieproces zelf. Slechte voeding, ondeskundigheid bij inseminatie en slechte bedrijfsvoering zorgen er vaak voor dat een koe minder vruchtbaar wordt. De oorzaak ligt dan dus bij de veehouderij zelf.
De melkindustrie is slecht voor het milieu
4% van alle broeikasgassen komt vanuit de zuilvelindustrie. Het maken van melk kost daarnaast een hoop water. Ook is er veel land nodig. Dit land is niet alleen voor de koeien zelf, maar ook voor de productie van het veevoer. Hierdoor blijft er minder land over voor de natuur en andere doeleinden. De mest op de landen zorgt trouwens voor extra uitstoot van broeikasgassen en watervervuiling.
Wat blijft er nu nog over van het natuurlijke gedrag van de koe? Vroeger werd een koe twintig jaar oud, nu slechts vijfenhalf. Het is een kwestie van vraag een aanbod. De mens wil goedkope melk. Dan gaat dat er komen.
Veehouderij in Nederland
Als je denkt aan Nederland, denk je misschien niet direct aan het enorme aantal dieren dat hier rondloopt voor de vlees- en zuivelproductie. Toch zijn de aantallen behoorlijk indrukwekkend. In 2021 telde Nederland bijna 11,4 miljoen varkens! Hoewel dit een lichte daling was ten opzichte van eerdere jaren, blijft het aantal erg groot.
Ook de kippenstapel kende een daling en kwam uit op bijna 100 miljoen kippen. Het rundvee bleef echter vrijwel onveranderd met zo’n 3,8 miljoen dieren. En wist je dat Nederland ook steeds meer melkgeiten heeft? Hun aantal steeg in 2021 licht naar 482.000.
Deze cijfers laten zien hoe groot de veeteeltsector nog steeds is in ons kleine landje. Dit heeft natuurlijk invloed op allerlei aspecten, zoals het milieu en ons voedselbeleid. Een verschuiving naar meer plantaardig eten kan helpen om de druk op deze sector te verminderen. Cijfers komen van een onderzoek van het.
Daarnaast exporteerde Nederland in 2020 voor 8,8 miljard euro aan vlees en was daarmee de grootste exporteur van vlees in de EU. 60 procent van de totale Nederlandse verdiensten aan vleesafzet wordt verdiend met vleesexport en 40 procent met binnenlandse vleesafzet .
Bronnen: Zembla, Animal Rights, VeganChallenge
Dit is ook leuk om te lezen:
Wil jij niets meer missen van VegaLifestyle.nl volg ons dan op facebook. Heb je het recept gemaakt tag ons dan zeker op instagram of @vegalifetyle