Wat is kweekvlees nu eigenlijk? En past dit wel bij een veganistische lifestyle?
De missie van kweekvlees is om vlees te produceren dat lekker en gezonder is, beter voor het milieu en diervriendelijk is. De grote vraag is nu dan ook, hoe wordt het gemaakt?
Wat is kweekvlees?
Kweekvlees wordt geproduceerd in het laboratorium. Het produceren van kweekvlees is vergelijkbaar met het maken van normaal vlees. Het verschil is dat de cellen bij kweekvlees niet in het lichaam van het dier groeien, maar in een laboratorium. Er worden als eerste een paar stamcellen uit de spier van een dier gehaald. De dierenarts doet een kleine biopsie. Tijdens de biopsie is het dier onder narcose. De cellen worden in een bioreactor geplaatst en krijgen voedingsstoffen en natuurlijke groeifactoren toegediend. Hier kunnen de cellen zich vermenigvuldigen tot biljoenen cellen. Zodra er genoeg cellen zijn, krijgen de cellen geen groeifactoren meer toegediend. Hierdoor gaan ze op natuurlijke wijze differentiëren. Daarna worden de spiercellen bij elkaar gelegd en vormen ze zich tot spiervezels. Wanneer 20.000 spiervezels op elkaar worden gelegd, krijg je bijvoorbeeld een hamburger. Uit één biopsie kan 10.000 kilo kweekvlees gemaakt worden.
Waarom kweekvlees
Uit onderzoek is gebleken dat kweekvlees beter is dan normaal vlees. Bij de productie van kweekvlees is er minder uitstoot van broeikasgassen en minder verbruik van energie en water. Ook komt er veel land vrij, er kunnen bossen aangelegd worden en andere natuurlijke leefgebieden.
Is kweekvlees wel diervriendelijk?
Het zorgt er dan wel voor dat er minder dieren gedood hoeven te worden. Echter is het productieproces van kweekvlees wel diervriendelijk?
Er wordt bij veel laboratoria gebruik gemaakt van kalfsserum, afkomstig uit kalfsfoetus gebruikt. Dit serum helpt de stamcellen te laten groeien in een kunstmatige omgeving. Wanneer een zwangere koe wordt geslacht, is de kalfsfoetus nog levend. Het bloed van het kalf wordt dan via een naald uit het hart getrokken. Niet zo heel diervriendelijk dus!
In 2018 maakte Mosa Meat nog gebruik van deze methode. Na veel onderzoek hebben ze gekeken naar hoe ze het serum weg konden laten bij de productie. In 2019 laat Mosa Meat weten dat ze geen kalfsserum meer gebruiken. Er wordt geëxperimenteerd met cellulose, schimmels en allerlei planten.
Toevoegen
Om de voedingswaarde gelijk te maken van gewoon vlees worden er voedingstoffen zoals ijzer en vitamine B12 aan het eindproduct toegevoegd.
Nadeel kweekvlees
Een nadeel van kweekvlees is dat er stamcellen gebruikt moeten worden. Daarnaast kan de kostprijs hoog oplopen door de speciale voedingsbodem die moet worden gebruikt. Om het product betaalbaar te maken, dient er goedkopere grondstof gevonden te worden. Tenslotte is het de vraag of de kwaliteit goed zal worden.
Ontwikkeling
Het is nog steeds in ontwikkeling met onderzoeken om het product zo goed mogelijk te maken. In die onderzoeken moet worden gezocht naar methoden om voldoende stamcellen te krijgen en te kunnen vermeerderen.
Is het goed voor de gezondheid?
Het is wel iets gezonder dan vlees, waar een dier voor geslacht is. Dat komt omdat de levende dieren de nodige medicijnen toegediend krijgen, zelf ziek kunnen zijn. Maar ook niet altijd Hygiënisch worden onderhouden. Voor het kweken van vlees hoeft het alleen maar in in een voedselrijke omgeving gehouden te worden zodat de cellen zich kunnen vermenigvuldigen. Waar het levende dier injecties krijgt met voedingsstoffen, worden er aan het kweekvlees ook de nodige voedingsstoffen toegediend. Zoals B12 en ijzer bijvoorbeeld.
Past kweekvlees bij veganisme?
Het zit nog steeds dierenleed achter kweekvlees, er zijn dieren nodig voor de stamcellen. Kweekvlees kan we de levens van miljarden dieren redden. Maar het is nog steeds van een dier en daarom dus niet vegetarisch of veganistisch en zoals al gezegd ook niet vrij van dierenleed.
De stamcellen van één dier zijn genoeg om om enorme hoeveelheden kweekvlees te maken. En op deze manier kan één dier veel meer vlees produceren dan het in normale omstandigheden kan. Maar ook voor dit vlees blijft er een (kleine) groep dieren nodig om de producent van de stamcellen te voorzien.